Langzaam maar zeker worden de contouren duidelijk van het beleid voor de Wallen van de nieuwe burgemeester en de gemeenteraad. Voor de bewoners is er vooralsnog weinig hoop op echte verbeteringen.

Laten we beginnen met de burgemeester, mevrouw Halsema. In een groot interview in het Parool van afgelopen zaterdag spreekt ze duidelijk haar afschuw uit over de huidige situatie op de Wallen. Ze spreekt over ‘de opeenstapeling van platvloersheid, commercie en wangedrag’, die ze ‘schokkend’ noemt. Ze denkt dat vooralsnog te kunnen intomen met uitbreiding van de handhaving, dweilpauzes en wat betere voorlichting en meer van dat soort zaken.

Wat de langere termijnoplossingen betreft houdt ze de kaarten nog even tegen de borst. ‘We zijn bezig een aantal scenario’s te ontwikkelen voor de toekomst van de prostitutie. Daar horen alle opties bij; meer ramen, verplaatsing van ramen, alles laten zoals het nu is en alles daartussenin.’

Ze verklapt daarmee al wel wat haar uitgangspunt zal zijn in het toekomstige beleid namelijk de positie van de prostituees, tegenwoordig in politiek correcte termen aangeduid als sekswerkers. Voor haar is dat de eerste zorg. Pas op de tweede plaats laat ze zich leiden door de overlast die deze branche met zich meebrengt voor iedereen die op de Wallen woont. Het is druk op de Wallen vindt ook de burgemeester, maar niet té druk.

In een antwoord op een raadsadres van 14 december 2018 zegt ze het nog duidelijker nadat ze eerst vertelt dat er meer handhaving komt en dat er grotere bekendheid zal worden gegeven aan de hier geldende regels. ‘Fundamentele keuzes over bijvoorbeeld het soort bedrijven dat zich in het gebied bevindt, zijn daarbij nog niet aan de orde.’ Kortom, voorlopig zal de prostitutiebranche en alles wat er mee samenhangt niet van de Wallen verdwijnen. Wie dat wel wil mag een sprankje hoop peuren uit het woordje ‘nog’.

Worst

Hoe de belangrijkste collegepartijen in de gemeenteraad over de Wallen denken is al langere tijd duidelijk. Ik schreef er al eerder over in Uitkijkpost 141. In een ingezonden brief van 27 oktober 2018 in NRC winden gemeenteraadslid Alexander Hammelburg van D66 en Femke Roosma, fractievoorzitter van GroenLinks in de raad, er geen doekjes om dat het hen eveneens in de eerste plaats gaat om de positie van de sekswerkers. De bewoners zal hun worst wezen. Het woord bewoner komt zelfs niet één keer voor in hun brief. Daarbij steekt het verhaal van de burgemeester nog positief af. Die denkt tenminste nog aan extra politie en voorlichting; Roosma en Hammelburg hebben het daar niet eens over.

In een column in het blad Ons Amsterdam van november 2018 vraagt Felix Rottenberg – wie kent hem nog? – het stadsbestuur om moed om op te treden en om een tienjarenplan op te stellen en uit te voeren. Ik ben zo vrij hem uitgebreid te citeren.

‘Een succesvol plan van aanpak overstijgt een enkele collegeperiode. Lessen uit de stadsvernieuwing liggen voor het oprapen. Formeer een projectorganisatie, de “Wallen Centrale”, met experts die zich tien jaar willen binden aan de opdracht om de Wallen tot een compleet ander, weer leefbaar gebied om te vormen. Dat betekent exit prostitutie en het uitkopen van Nutella- en andere overbodige winkels. Het Rijk en de stad moeten samen wetgeving en verordeningen aanscherpen, waardoor foute ondernemers door drang en dwang worden weggejaagd.

Een mega-operatie, zeker. En iedereen heeft er een mening over. Het verbannen van prostitutie zal protest oproepen. Alle stevige maatregelen die niet meteen effect sorteren worden belachelijk gemaakt. Zo is het nu eenmaal als een buurt van de ondergang moet worden gered.’

Willem Oosterbeek, Wallenbewoner, doet in vijfhonderd woorden regelmatig verslag van het dagelijks leven vanuit de beroemdste buurt van Nederland.