Op het politiebureau liggen ze nog steeds: folders die waarschuwen tegen balletje-balletje. Het is een spel waarbij drie deksels van luciferdoosjes heen en weer worden bewogen over een kleedje. De toeschouwer mag na een aantal rappe verschuivingen van de doosjes raden onder welk deksel zich de knikker bevindt. De inzet is een honderdje. Als je verliest ben je het kwijt; als je wint krijg je er een honderdje bij.

In de folder wordt nog gesproken over guldens. En ja, die hebben we al enige tijd niet meer. Zo lang is dit spel, waarbij je overigens altijd verliest, ook al niet meer op straat te zien. Dus waarom die foldertjes nog op het politiebureau liggen?

Zo zijn er meer verschijnselen die een tijdje erg populair zijn en daarna nooit meer te zien zijn. Zoals bijvoorbeeld het betere bellenblaaswerk dat vorig jaar zomer erg populair was. Meestal bestond een team bellenblazers uit een man en een vrouw die zich, gewapend met een emmer sop, ergens in de buurt opstelden. Bij voorkeur op een plein, want dan konden lekker veel mensen het zien.

De bellenblazers hadden twee stokken met daartussen een touwtje. Die doopten ze in de emmer sop en als je dan de stokken van elkaar af bewoog, kreeg je prachtige, grote bellen. Groot is echt groot: soms waren ze wel een halve meter in doorsnee en dreven ze vrolijk tientallen meters mee met de wind. De bedoeling was dat voorbijgangers het zelf gingen proberen, wat meestal resulteerde in ontzettend geknoei. Maar de pret was er niet minder om. In ruil voor dat knoeiwerk werd dan wel een donatie verwacht in de pet die altijd ergens in de buurt lag.

Ringetjes

Dit vrij onschuldige spelletje is dit jaar om onduidelijke redenen nog niet te zien geweest in de buurt. De emmer met sop is uit! Waarom? Het is een volstrekt raadsel. Zeker ook gezien het feit dat er toch veel meer geld mee op te halen is dan met het bekende zanger-met-gitaar-en-liedje.

Nieuw dit jaar is daarentegen de kaartspeler. Hij is gekleed in het zwart, met een heuse pandjesjas, als een echte goochelaar. Alleen de hoge hoed ontbreekt. Hij vertoont aan mensen die op een bank zitten zijn trucjes met speelkaarten, het bekende werk. Of hij helemaal koosjer is? In elk geval stoppen de toeschouwers hem na z’n trucjes meestal wat muntjes toe.

Bepaald niet nieuw is wat zich onlangs aandiende: de sieradenverkopers. Of je nu op Bali bent of in Torremolinos, op het Waterlooplein of Terschelling, altijd zijn er mensen die eigenhandig in elkaar geprutste ringetjes, oorbellen, portemonneetjes en armbanden te koop aanbieden. En die zien er overal altijd hetzelfde uit.

Het zag er wel knus uit en erg veel kwaad deden ze ook niet. Maar ja, het mag niet, je hebt er een vergunning voor nodig. Dus toen oom agent een half uur later het plein kwam opwandelen, was het snel afgelopen.

Een boete hebben ze niet gekregen, dat zou ook wel wat teveel van het goede zijn geweest. Maar een reprimande was op z’n plaats geweest. Vanwege een totaal gebrek aan creativiteit.