De straatdealers worden weer eens aangepakt. Maar of er dit keer wel succes zal worden geboekt? Ondertussen wordt de openbare ruimte steeds verder ingeperkt voor de buurtbewoners.

Binnenkort krijgen we grote tv-schermen op de Wallen waarop gewaarschuwd wordt tegen straatdealers. Zijn er dan ook andere dealers dan straatdealers, vraag je je af, maar dit terzijde. In elk geval zijn er volgens de burgemeester duizenden dealers – laat dat aantal even op u inwerken – actief op de Wallen. U kent ze wel, ze hangen rond op straathoeken, op stille plekjes of voor gesloten winkels. Ze schieten toeristen aan met hun louche handel die menigmaal uit gemalen pepermunt bestaat. Geregeld zijn ze behoorlijk agressief en bovendien zeer intimiderend. Dit probleem is niet van vandaag of gisteren maar bestaat al wat langer en kennelijk is het schier onoplosbaar. Je vraagt je af hoe dat kan. Helpen die zo vaak genoemde gebiedsverboden dan helemaal niet? Als dat het geval is wordt het wellicht toch tijd voor andere, ik bedoel hardere, maatregelen.

Welke tekst komt er op de schermen te staan en gaat het helpen? Het eerste weet ik niet en het tweede vraag ik me af. Hasj en marihuana zijn gewoon te verkrijgen in de coffeeshop en iedere gebruiker weet dat natuurlijk. Voor sterker spul ben je als consument toch aangewezen op de straat. Of het nu gaat om cocaïne, pilletjes of andere geestverruimend en lichaamsvernietigend spul, het is allemaal te koop op de Wallen.

Zeker, de driehoek van burgemeester, hoofdofficier van justitie en de Amsterdamse korpschef is nog altijd van mening dat buitenlandse toeristen moeten worden geweerd uit de coffeeshop. Dan zal ook de hasj en marihuana op straat moeten worden gekocht. Dan kan het nog gezelliger worden. Zeker als er ook nog eens door het dealerdom geknokt gaat worden om territoria.

Reclamezuil

Iets anders dan: het beslag op de openbare ruimte. Het is sowieso drukker aan het worden en zaterdag na twaalf uur ‘s middags is boodschappen doen al amper meer aan te raden. Bovendien staat alles vol met terrassen en op de stoep geparkeerde auto’s die op alle tijden van de dag worden geladen of gelost en waardoor je je een weg moet banen door straten, stegen en langs grachten. Alsof dat nog niet genoeg is stuit je af en toe ook op vuilnishopen en een door de plaatselijke middenstand uitgestald hulpmiddel in de vorm van een fiets die niet bedoeld is om mee te fietsen maar fungeert als reclamezuil. Verder zijn er steigers, kratten, pallets, fietsen – staand of liggend met en zonder rek –, brommers, kaartenstandaarden en poppen met superpiemels. Ongetwijfeld is deze opsomming niet uitputtend, maar waar het om gaat is dat er zoveel blokkades worden opgeworpen dat het voor een normale wandelaar al bijna niet te doen is zich van a naar b te verplaatsen, laat staan voor iemand die zich moet voortbewegen in een rolstoel. Met die hele poppenkast gaan de Wallen steeds meer op een Derde Wereldland lijken waar ook iedereen gedwongen op straat loopt omdat – als er al stoepen zijn – die in beslag worden genomen door allerlei uitstallingen.

Guusje ter Horst, indertijd wethouder in Amsterdam bezwoer dat het weghalen van de Amsterdammertjes niet zou leiden tot onbegaanbare stoepen want dat zou worden tegengegaan door ‘strenge controle’. Maar ja, dat is alweer dertig jaar geleden.

Zo gaan die dingen nu eenmaal in Amsterdam. Het is soms om gek van te worden.

Willem Oosterbeek, Wallenbewoner, doet in vijfhonderd woorden regelmatig verslag van het dagelijks leven vanuit de beroemdste buurt van Nederland.

Waardeer dit artikel!

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen.

Mijn gekozen waardering € -