Eerst maar eens wat feiten. Deze maand heeft de stichting My Red Light, de voortzetting van Eigen Raam, een bordeel geopend. Dat is gevestigd op de Oudezijds Achterburgwal en in de Boomsteeg.

Wat maakt dit bordeel bijzonder? In elk geval dat het niet wordt gerund door een bordeelhouder die de kamers in eerste instantie verhuurd voor het geld, maar door een stichting met een ideëel oogmerk. De eventuele winst wordt namelijk geïnvesteerd in initiatieven ter verbetering van de vakbekwaamheid en sociale status van de sekswerkers.

De huurprijzen van de kamers variëren van vijftig euro voor een ochtend of een middag tot 160 euro in de avond en nacht van het weekend. De kamers zien er alleszins keurig uit en voldoen ook verder aan alle vereisten. Ze zijn zelfs enigszins chic te noemen.

Wie trekken er aan de touwtjes bij dit bordeel? Het stichtingsbestuur dat ‘bestaat uit mensen met een achtergrond in sekswerk’, zegt de website. Navraag bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken leert dat er twee bestuurders zijn: Aldemar Martinez Giraldo en Claudia la Lau. In het ‘toezichthoudend orgaan’ hebben wat meer mensen zitting namelijk Lyle Muns, Clemens Maria Leonardus Blaas, Sandra Sheila Maria Chedi, René Walter Marie Craemer en Maria Anthoinette Lijnie Ridder – Wiskerke.

Verder hebben alle sekswerkers die een raam huren bij My Red Light in een Adviesraad, ‘de mogelijkheid om mee te denken over verhuurvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en belangrijke beslissingen’. Tot zover de feiten.

Stigma

Misschien is het toch wat overdreven om te suggereren dat mensen ‘met een achtergrond in sekswerk’ het voor het zeggen hebben in dit fair trade bordeel. Het gaat om zegge en schrijve twee bestuursleden die op de vingers worden gekeken door vijf toezichthouders die vooral lijken gekozen vanwege hun bestuurlijke kwaliteiten. Onder de toezichthouders is bijvoorbeeld een bestuurder van de hulporganisatie HVO-Querido en een ex-voorzitter van de jongerenorganisatie van Groen Links. Ze staan ver af van de beroepspraktijk van de dames achter de ramen. Van het oorspronkelijke idee – dat de meisjes achter de ramen zelf hun eigen bordeel zouden runnen – lijkt niet zoveel over te zijn. My Red Light is in dat opzicht niet veel anders dan de commerciële bordeelverhuurders.

In andere opzichten verschilt My Red Light natuurlijk wel degelijk. Je mag er toch van uitgaan dat de bestuurders plus toezichthouders van deze toko de belangen van de dames achter de ramen zullen laten prevaleren boven alle andere belangen. En dat ze er dus ook voor zullen waken dat er verkeerde types invloed krijgen op het bordeel en op de dames. Dat is natuurlijk winst.

Of dit faire trade bordeel verder ook zal helpen het werk in deze business te normaliseren, het stigma te verdrijven en het vergelijkbaar te maken met de functie van noem eens wat schoenenverkoper, accountant of hotelier, vraag ik me toch echt af. Daarvoor is de sociale status van dit beroep toch net even te laag. Dat is al eeuwen zo en niets wijst er ook maar in de verste verte op dat dit binnen afzienbare tijd zal veranderen, fair trade bordeel of geen fair trade bordeel.