Het is winter en na tien uur ‘s avonds is alles in de buurt nog altijd dicht. Waarschijnlijk nog een kleine week. Daarna kan iedereen weer helemaal los. Dit weekend kregen we alvast een voorproefje van wat ons te wachten staat.
Zaterdag overdag. Zou het dan echt? Komt er ander publiek op de Wallen? Ik zie vooral veel stelletjes. Geregeld ook gezinnen met kinderen. Hier en daar wel een plukje opgeschoten jeugd en jongere mannen, maar ze vormen absoluut geen meerderheid. Daar tussendoor de gebruikelijke zwervers die in deze buurt hun ronde doen en die plastic flesjes verzamelen. Af en toe is zelfs nog een buurtbewoner zichtbaar.
De blik van de bezoekers is vooral gericht op de kerk en de toren. Die worden druk gefotografeerd. Soms wordt er gewezen op de afbeelding van We live here. En er wordt gegniffeld om het briefje dat op de deur van een kerkhuisje is geplakt met daarop de tekst: Dit is een woonhuis. Ook Belle mag zich verheugen in veel belangstelling.
Het lijkt toch vooral de jongere generatie te zijn die hier ronddwaalt. Heel af en toe is er een grijze kop en een wandelstok te zien, maar dat is wel een uitzondering. De ouderen lopen ook nog met een papieren plattegrond en die wordt voortdurend geraadpleegd. Dat kan natuurlijk niet meer. Dat is zo 2006! Ik hoor veel Frans en Spaans, onbekende talen en ook behoorlijk wat Nederlands. Minder Engels. Een Schot hooguit. De stagpartys- en henpartys zijn nog niet gearriveerd. Of zie ik die over het hoofd?
Invalidenwagentje
Zaterdag in de avond. De gezinnetjes zijn vertrokken. Grote groepen mannen verplaatsen zich door de buurt. Dat gaat niet zonder het nodige geschreeuw. De kroegen zijn weer tot tien uur open en daarmee ook het gebonk van te hard staande geluidsinstallaties. Kadoeng! Kadoeng! Jongeren met een bulderende radio aan een koord over hun schouder zijn druk in de weer met hun joint. Dat kost even tijd, maar er is altijd wel een vensterbank of een stoep waar je even rustig een sigaretje kunt rollen.
Later op de avond wordt het alleen maar gekker. Mannen zeiken in de geveltuin en worden uitgescholden door een moedige buurvrouw. Een ander clubje rukt de hoes aan flarden van het invalidenwagentje dat op het plein geparkeerd staat. Even lijkt de rust terug te keren als zich politie te paard vertoont. Maar dat is inderdaad maar even en dan breekt de gekte weer los. Schreeuwen. Zuipen. Pissen.
Van links naar rechts zie ik twee handhavers rustig wandelend door het beeld schuiven. Een groepje jongeren gooit met veel kabaal praktisch onder hun ogen een prullenbak omver. De twee handhavers kijken even op en vervolgen hun weg alsof er niets is gebeurd.
Het is zaterdagavond, kwart over elf. Alles is al meer dan een uur dicht, maar nog steeds is de herrie niet van de lucht.
Het voorzichtige optimisme dat ik, heel naïef, even koesterde is in één klap verpulverd. Het was valse hoop. De teringbende zoals we die zo goed kennen van de tijd voor maart 2020 is weer helemaal terug. Op naar de zomer van 2022!
Willem Oosterbeek, Wallenbewoner, doet in vijfhonderd woorden regelmatig verslag van het dagelijks leven vanuit de beroemdste buurt van Nederland. Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen.