Opwinding op diverse fronten. Op straat. Maar ook binnen de muren van de Oude Kerk.

Het afgelopen weekend was het warm en druk op de Wallen. Op Twitter werd door buurtbewoners behoorlijk geklaagd over het ‘zuiptoerisme’, zoals het werd omschreven. Grote aantallen stag- en henparty’s zwermden uit over de Wallen. Het zijn vooral jongeren die lollig doen, althans dat denken ze zelf, die schreeuwen en die zuipen. Het leek wel of ze allemaal tegelijk naar de Wallen waren gekomen om zich hier massaal uit te leven.

Zelfs Mark van der Beer, nooit te beroerd om alles wat het hoerendom betreft te verdedigen, klaagde. Uit zijn opmerkingen op Twitter maakte ik op dat ook de dames achter de ramen last hadden van dat dronkenmansgedoe: de klanten lieten het allerwegen afweten. Ik geloof dat het de eerste keer was dat ik het met de man die zich op Twitter verschuilt achter een anoniem masker, eens was.

Behalve praatjes en plaatjes kwam er ook een filmpje voorbij van een wel zeer luidruchtige boot. Veel drank en pret ongetwijfeld voor de gasten in het bootje, wat minder natuurlijk voor de omwonenden.

Daar zegt u zoiets, omwonenden. Jawel er wonen hier een paar duizend mensen die niks met de seksbusiness en alles wat er omheen hangt te maken hebben. De gemeente denkt nog altijd dat ze enigszins rust in de buurt kunnen brengen met allerlei fröbelwerk. Het laatste “wilde” idee uit de ambtelijke koker is een campagne waarbij er op een aantal ramen en deuren portretten worden vertoond van de mensen die hier wonen met daarbij de kreet “We live here!” Nou, daar zullen die dronken lawaaipapegaaien van schrikken. Ongetwijfeld houden ze zich dan koest.

Beeldenstorm

Op een ander front heerste – en heerst nog steeds – de nodige opwinding. Jacqueline Grandjean, de directeur van de stichting de Oude Kerk die de tentoonstellingen in dit oudste gebouw van Amsterdam verzorgt, is er opnieuw in geslaagd een groot deel van de buurt tegen de haren in de strijken. De Oude Kerk is namelijk sinds dit weekend omgebouwd tot het grootste bordeel van de Wallen. Alle ramen zijn met rood folie afgeplakt en alles en iedereen in de kerk is nu rood.

Natuurlijk worden er ook dit keer weer een hoop dikke woorden aan gewijd. Over het vervreemdend effect en de sterk symbolische waarde van de kleur rood in de kunstgeschiedenis bijvoorbeeld. ‘Het werk refereert aan de afwezigheid van beeld en is een directe verwijzing naar de Beeldenstorm van 1566 die hier plaatsvond.’ Het is maar dat u het weet.

Vanuit de gemeente die er kerkt – jawel, het is een kerk met een gemeente – en die eerst maandenlang tegen grote zwarte dozen heeft moeten aankijken is er opnieuw protest. Eén kerkganger verwoorde het als volgt: ‘Ik zal het je maar vertellen: het heeft mij, kerkganger, nu de kerk uitgejaagd. Ik kan het niet meer opbrengen om in deze shit een kerkelijk bestaan te vieren. Met mij zijn anderen. Jacquelien Grandjean pest de kerkleden letterlijk hun kerk uit. De mensen die blijven, zeggen “We laten ons niet door mevrouw Grandjean wegpesten, want dan heeft ze gewonnen”. Ze maakt een boel kapot en heeft geen greintje respect voor de oudste “bewoners” van dit monument: de kerkgangers.’

Ach ja, op de Wallen verveel je je nooit.

Willem Oosterbeek, Wallenbewoner, doet in vijfhonderd woorden regelmatig verslag van het dagelijks leven vanuit de beroemdste buurt van Nederland.