Een klassieke knokpartij bij mij voor de deur. En iedereen kijk toe. Sterker nog: de menigte staat het gewoon te filmen.

Afgelopen zaterdag was het weer eens ouderwets bal op het Oudekerksplein. Twee mannen vochten om een fiets. Althans daar had het alle schijn van. De vechtersbazen – midden dertig, één in een wit shirt, de ander met ontbloot bovenlijf en zoals de politie altijd zegt, ‘licht getinte huidskleur’ – waren voor geen kleintje vervaard en zochten elkaar iedere keer weer op. Het gevecht verplaatste zich in de loop van de paar minuten dat het duurde van de ene kant van het plein naar de andere kant. Er werden over en weer stevige klappen uitgedeeld, zo stevig dat de vechtersbaas met het ontblote bovenlijf al snel met een bebloed gezicht liep. ‘Hij steelt mijn fiets’, riep de man in het witte T-shirt, terwijl hij probeerde zich met fiets uit de voeten te maken.

Van wie de fiets was? Ik heb geen idee. De meneer die zo hard riep dat zijn fiets werd gestolen verdenk ik er juist van de dief te zijn. Hij had geen sleutels van het fietsslot en schreeuwde net iets te hard dat het zijn fiets was die werd gestolen. De man met het ontblote bovenlijf leek ook niet van onbesproken gedrag. Hij had gloednieuwe petjes bij zich. Iemand riep dat ze kennelijk gejat waren.

Hoe het afliep? De politie was vrij snel ter plaatse en beide mannen leken na een kleine opknapbeurt niet al te zeer beschadigd. Ze deden ieder hun verhaal maar het eind van het liedje was dat de fiets in een politiebusje werd geladen en werd afgevoerd naar het bureau.

Afmaken

En wat gebeurde er met de twee mannen? Niks. Dat wil zeggen na een half uurtje konden ze allebei gaan. Ze liepen beiden, vlak na elkaar, de St. Annendwarsstraat in en ik dacht: daar gaan ze opnieuw los. Maar kennelijk waren ze elkaar toch kwijtgeraakt, want het bleef rustig.

Het meest opvallend aan deze vechtpartij waren de omstanders. Er waren twee mannen die zich ermee bemoeiden en die probeerden de boel te sussen. Tevergeefs. Maar toch: zij waren de echte helden. En de rest, inmiddels aangegroeid tot vele tientallen, keek toe. Of, en dat was eigenlijk nog gekker, grepen hun telefoon en begonnen te filmen! Alsof er twee gladiatoren aan het vechten waren in de arena. Niets deden ze, ze lieten de mannen elkaar gewoon afmaken.

Leuk meneer Oosterbeek, maar wat deed uzelf dan? Ik belde onmiddellijk de politie vanaf mijn balkon waar ik de knokpartij zag ontstaan. Dat gaat razendsnel kan ik vertellen. Ik wilde wel naar beneden gaan maar de politie verzocht me aan de lijn te blijven en verslag te doen van de gebeurtenissen. Hadden ze wapens? Hoe zagen de mannen er uit?

Ik schreeuwde dat ze ermee moesten stoppen, maar daar trokken de vechtersbazen zich weinig van aan. Zal ik er de volgende keer tussen springen? Ik ben geen held maar heb het in het verleden wel gedaan. Dat is niet altijd goed voor me afgelopen. Op een gegeven moment heb ik besloten het niet meer te doen. Maar of ik het volhoud als puntje bij paaltje komt?

Willem Oosterbeek, Wallenbewoner, doet in vijfhonderd woorden regelmatig verslag van het dagelijks leven vanuit de beroemdste buurt van Nederland.